De wachttijden voor mensen met autisme in de ggz zijn fors gestegen ten op zichte van december 2019. Van alle diagnose-groepen wachten zij het langst op behandeling. Volgens de Inspectie Gezondheidszorg moet er snel iets worden gedaan aan de perverse financiële prikkels in de ggz. Morgen debatteert de Tweede Kamer over de ggz en de maatschappelijke opvang.
Door Julie Wevers
Mensen met autisme hebben op dit moment te maken met verreweg de langste wachttijden in de ggz, zo blijkt uit recente cijfers van Vektis over de eerste drie maanden van 2020. Vanaf het moment van aanmelding duurt het gemiddeld 24 weken voordat hun behandeling kan beginnen. Dit is twee weken langer dan eind december 2019. Volgens de normen die de ggz zelf heeft opgesteld, zou de totale wachttijd hooguit 14 weken mogen duren.
Autisme behoort al jaren tot de ongeveer vijf diagnoses met de langste wachttijden, samen met onder meer persoonlijkheidsstoornissen (18 weken) en adhd (16 weken). De wachttijden voor de laatste twee diagnoses is niet toegenomen ten opzichte van december. Het meest toegenomen is de totale wachttijd voor de behandeling van eetstoornissen, namelijk met vier weken tot 17 weken. Eetstoornissen komen relatief vaak voor onder mensen met autisme.
Overlegtafels
Vooral patiënten met complexe problemen vallen binnen de ggz tussen wal en schip. Eerder dit jaar dreigde staatssecretaris Paul Blokhuis (VWS, ChristenUnie) betrokken partijen met maatregelen als zij niet snel met een oplossing zouden komen. Inmiddels hebben deze partijen een plan gepresenteerd in de vorm van een landelijk dekkend netwerk van ‘overlegtafels’. Deze tafels – die onder leiding staan van grote ggz-aanbieders – moeten gaan zorgen voor een passend behandelaanbod voor de meest kwetsbare patiënten. Ze zijn op 1 april van start gegaan.
Ingewikkeld? Te duur!
Tijdens het debat morgen zal er waarschijnlijk veel worden gesproken over de manier waarop de ggz wordt gefinancierd. Ggz-instellingen hebben op dit moment ‘bedrijfseconomische motieven’ om mensen met lichtere psychische problemen eerder hulp te verlenen dan mensen met complexe problemen, zo stelt de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd vast in het onlangs verschenen rapport Meer samenhang en continuïteit in zorg nodig voor mensen met chronisch psychische aandoeningen.
De inspectie roept het ministerie van VWS op om hier iets aan te doen.‘Regel de financiering van de ggz zo dat de zorg voor mensen met complexe psychische aandoeningen bedrijfsmatig minder risicovol wordt om te verlenen’, zo luidt één van de aanbevelingen. Eerder dit jaar nam de Tweede Kamer een motie aan met dezelfde strekking, van Kamerlid Fleur Agema (PVV).
Gemeenten
In het rapport is de inspectie zeer kritisch over de hulp aan mensen met een chronische psychische aandoening waartoe zij ook autisme rekent. Zo blijkt de samenwerking tussen de ggz en de huisartsen vaak ‘gebrekkig’ als het gaat om deze doelgroep. Volgens de inspectie is dit één van de belangrijkste oorzaken van de lange wachttijden voor behandeling. In het algemeen ontbreekt het volgens de inspectie aan goede, samenhangende hulp aan kwetsbare patiënten die thuis wonen – zowel door de ggz en de huisartsen als door gemeenten.
Blokhuis heeft gemeenten gevraagd om voor 1 juli 2020 een plan op te stellen ‘waarin een sluitende aanpak wordt vastgelegd om de doorstroming van cliënten met een (hoogcomplexe) zorgbehoefte vanuit ggz-aanbieders naar het gemeentelijk domein te verbeteren’, zo staat in de brief die hij onlangs naar de Kamer stuurde. Ook gaat de staatssecretaris de komende maanden overleggen met onder meer zorgverzekeraars en ggz-instelingen over de financiering van de zorg aan complexe patiënten.
Algemeen overleg over de GGZ, maatschappelijke opvang en suïcidepreventie. Maandag 8 juni 2020 van 14.00 – 18.30 uur. Live te volgen via tweedekamer.nl.
Verder lezen:
Blokhuis wil aanbod gespecialiseerde ggz gaan afdwingen
Waarom ggz-wachtlijsten zo lang zijn voor mensen met autisme