Prikkels

Alles wat je zintuigen opmerken, zou je kunnen zien als ‘prikkels’. Je ziet, hoort, voelt, ruikt en proeft de hele dag door van alles. Auto’s die langsrijden, de wind die door je haren waait, de kat die tegen je aan gaat liggen, de zoete smaak van vanillevla of dat rotmerkje in de kraag van je trui. Maar niet alleen prikkels van buitenaf geven de hele dag signalen aan je door, ook van binnenuit je eigen lichaam. Honger, dorst, een volle blaas, pijn; het zijn allemaal zintuiglijke prikkels.

Sommige kinderen met autisme hebben snel last van prikkels. Dan kan het gaan om harde geluiden of kriebelige stoffen, maar ook minder duidelijke prikkels kunnen irritatie of overprikkeling veroorzaken.

Autisme kan er ook voor zorgen dat sommige prikkels juist nauwelijks worden waargenomen. Dan spreken we van onderprikkeling. Dan voelt een kind het bijvoorbeeld niet als het honger heeft, of neemt hij pijn nauwelijks waar. Terwijl datzelfde kind weer wel heel gevoelig kan zijn in andere situaties en bijvoorbeeld een aai over de arm al als pijnlijk kan ervaren.

Je kind kan zich soms zo overladen voelen door alles wat er op een (school)dag gebeurt, dat het overprikkeld raakt en even niet meer kan functioneren. Het kan dan misschien erg boos reageren, of zich juist extreem terugtrekken. Wees alert op overbelasting van je kind, bijvoorbeeld door school en/of een teveel aan zintuiglijke prikkels. Laat indien nodig een ‘prikkelprofiel’ van je kind maken zodat je beter rekening kunt houden met zijn sensorische over- of ondergevoeligheid. Zo kunnen andere volwassenen in de omgeving meer rekening houden met de gevoeligheden van jouw kind.

Meer lezen

Lees meer over de kenmerken van autisme.